Zo kom je erachter of een kind drugs gebruikt
Pubers zijn niet altijd eerlijk over wat ze doen in hun vrije tijd. Het is dus mogelijk dat jij niet zeker weet of jouw kind wel eens drugs heeft gebruikt. Sommige ouders willen weten hoe ze hier achter kunnen komen. Zijn er drugstests om drugsgebruik aan te tonen? Of moet je letten op rode ogen of vreemd gedrag? Dit zijn begrijpelijke vragen. In dit artikel geven wij uitleg waarom je beter niet je kind kunt testen op drugs en wat je beter wel kunt doen.
Ga het gesprek aan met je puber over drugs
De allerbeste manier om erachter te komen of je kind drugs gebruikt, is door het ‘gewoon’ te vragen. Stel je vragen in een open gesprek.
Deze tips maken de kans groter dat kinderen eerlijk praten over drugsgebruik:
- Kies een rustig moment: bijvoorbeeld tijdens het eten, een wandeling of tijdens een autorit.
- Kies een goed moment uit om te praten. Doe het alleen als de sfeer prettig is. En liever niet als er weinig tijd is of als je gemakkelijk wordt afgeleid.
- Toon interesse en vraag naar zijn/haar ervaringen. De kunst is om te luisteren, zonder oordeel.
- Praat zelf niet te veel, maar vraag wat hij of zij vindt of weet.
Signalen van drugsgebruik
Hoe kun je zien dat je kind heeft gebruikt? Soms kun je dat zien aan rode ogen bij je puber. Dit kun je krijgen als je blowt. Ook kun je grote of kleine pupillen krijgen door het gebruik van drugs.
Ook kan je puber zich ineens anders gedragen. Hij/zij is opgefokt of juist erg sloom. Sommige kinderen gaan veel spijbelen als ze drugs gebruiken. Soms slapen ze slecht, of zijn ze verdrietig of angstig. Als een kind opeens heel andere vrienden heeft, kan dat ook te maken hebben met het gebruik van drugs.
Dit kunnen signalen zijn van problemen door drugsgebruik. Maar dat hoeft niet zo te zijn. Soms zijn er andere redenen waarom een kind zich ineens anders gedraagt.
Andere signalen die kunnen duiden op drugsgebruik
Sommige signalen kunnen een aanwijzing zijn voor een verslaving. Ze lijken ook op de puberteit zelf. Toch is het handig om als ouder te letten op de volgende dingen:
- Jouw puber verandert van gedrag. Hij of zij is opeens veel prateriger. (Dit kan een bijwerking zijn van XTC of speed), of slomer (wiet) of durft opeens meer (alcohol).
- Jouw puber heeft duidelijke stemmingswisselingen.
- De vriendenkring van je puber verandert. Maar hij/zij neemt nieuwe vrienden of vriendinnen niet mee naar huis.
- Vroeger wist je nog wat je kind bezighield, maar nu zondert hij of zij zich helemaal af.
- Jouw puber gaat liegen.
- Opeens is je puber erg moe en bleek.
- Eetgedrag verandert: de kast met koekjes elke keer leeg. Of opeens heeft je kind juist geen honger meer.
- Je puber heeft áltijd geldproblemen.
- Je komt dingen tegen, bijvoorbeeld vloeitjes, tipjes, drugszakjes.
- Je hebt het gevoel dat je puber je niet wil spreken en je ontwijkt.
- Je kind heeft iets rusteloos over zich. Hij/zij doet niet meer mee aan het gezinsleven en maakt een afwezige indruk.
- Als je er iets over zegt, wordt je kind boos.
Kan ik mijn kind op drugs testen?
Sommige ouders willen bij hun kind een drugstest afnemen. Dat is mogelijk, maar niet altijd slim om te doen. Het is begrijpelijk dat je als ouder naar oplossingen zoekt wanneer je je zorgen maakt. Maar drugstesten kunnen wantrouwen opwekken bij kinderen. De relatie tussen jou en je puber kan hierdoor slechter worden. Hij/zij zal minder snel met jou komen praten en komt misschien ook niet (meer) naar jou toe, als er echt iets mis is. Ook geven thuis-drugstesten niet altijd een betrouwbare uitslag. Je kunt dus beter in gesprek gaan met je kind.
Tips en meer informatie
Op Helderopvoeden.nl vind je tips (en een gratis cursus) om met je kind over moeilijke onderwerpen te praten en ruzies op te lossen.